Een ieder heeft wel eens zijn bloed laten prikken en bij de transgender welke bij een van genderteams komt of bij de arts is dit niet anders. Je laat je bloed prikken; krijgt allerlei letters en nummers en de arts geeft aan dat het allemaal wel meevalt (of juist niet wat leidt tot meer bloedonderzoek).
In de komende delen worden verschillende bloeduitslagen behandeld waarin hier dieper op ingegaan wordt waarbij vooral de nadruk komt te liggen waarom deze belangrijk zijn voor de transgender en wat de uitslagen betekenen.
Belangrijk is te weten waarom je iemand voor iets prikt en wanneer je iemand laat prikken; zo kan een verkeerd tijdstip al afwijkende bloedwaarden geven, een inspanning omdat je hard hebt moeten lopen omdat je anders te laat op de afspraak zou moeten komen, een verkoudheid, even iets eten of juist niet gegeten, iets genomen waarvan je niet wist dat dit ook een medicijn kon zijn (aspirine, APC, een hoestdrank, bij vrouwen de pil, bij mannen krachtpillen). Een goede anamnese vooraf is dan ook aan te raden
Bloeduitslagen worden gedaan op de belangrijkste organen:
1) het bloed als orgaan op zich onderverdeeld in
a) het rode bloedbeeld welke zich bezig houdt met transport van zuurstof en andere stoffen
b) het witte bloedbeeld; de soldaten van het lichaam
c) De bloedplaatjes welke zich bezig houden met de bloedstolling
2) de lever; deze houdt zich bezig met ontgiften en et veranderen van stoffen
3) de nieren ; deze houden zich bezig met uitscheiding
4) de hormonen; dit is een zeer groot gebied met voor de meeste hele vreemde gewaarwordingen.
Hormonen houden zich bezig met heel wat processen in het lichaam en deze kunnen zelfs heel anders gaan werken dan met verwacht.
De hormonen kunnen onderverdeeld worden in de volgende gebieden:
A) mannelijke hormonen ; testosteron
B) vrouwelijke hormonen zoals oestrogeen maar ook progestageen
C) hormonen welke worden geproduceerd in de bijnieren
D) hormonen welke worden geproduceerd en gecontroleerd door de hypofyse
E) schildklier
F) de alvleesklier
5) hart en spieren
6) diabetes
7) medicatie
8) overig, bijvoorbeeld ontstekingsfactoren
Al deze waarden werken natuurlijk niet alleen; vaak is het totaal beeld van belang op te kunnen aangeven of er iets mis is, waar het ongeveer aan ligt en wat eventueel aan gedaan kan worden, want vergeet niet; het menselijk lichaam is niet een robot met vaste waarden maar een gecompliceerd organisme waarbij alle processen met elkaar te maken hebben en waarbij als het ene systeem dreigt het te begeven een ander systeem tracht dit over te nemen.
Normaal waarden van het bloedbeeld
Een compleet of volledig bloedbeeld is één van de meest gebruikte bloedonderzoeken en is een vrij brede test om verschillende onderdelen van het bloed te onderzoeken. Er wordt een of meerdere buisjes bloed afgenomen uit een ader (meestal in de arm). Aan het buisje is een antistollingmiddel toegevoegd waardoor het bloed niet stolt. Hierna worden de volgende tests uitgevoerd:
* Hb (hemoglobine), de meting van het hemoglobine-gehalte (de hoeveelheid zuurstof-dragende proteïne) van het bloed
* Ht (hematocriet), de meting van het volume dat de rode bloedcellen innemen in het bloed
* Erytrocyten, een telling van het aantal rode bloedcellen (inclusief reticulocyten, dit zijn onrijpe erytrocyten)
* Leukocyten, een telling van het aantal witte bloedcellen (alle typen: B-lymfocyten en T-lymfocyten, monocyten, granulocyten (neutrofielen, basofielen en eosinofielen))
* Trombocyten, telling van het aantal bloedplaatjes
* RDW (Relative Distribution Width) is de Engelse term voor de berekening van de variatie in de grootte van de rode bloedcellen. Bij sommige soorten bloedarmoede bestaat er een grote variatie in de afmetingen van rode bloedcellen. Dan is de RDW toegenomen
* MCV (Mean Corpuscular Volume) oftewel de gemiddelde grootte van rode bloedcellen. Een te hoge MCV-waarde komt voor bij bloedarmoede ten gevolge van een vitamine-B12 gebrek. Een te lage MCV-waarde komt voor bij bloedarmoede ten gevolge van een ijzergebrek.
* MCH (Mean Corpuscular Hemoglobin) oftewel de berekening van de hoeveelheid zuurstof vervoerend hemoglobine in de rode bloedcellen.
* MCHC (Mean Corpuscular Hemoglobin Concentration) de berekening van de hemoglobine concentratie in rode bloedcellen. Een overzicht van alle referentiewaarden klinische chemie staat op de website van het farmacotherapeutisch kompas.
De referentiewaarden (= normaalwaarden) voor volwassenen bij een compleet bloedbeeld zijn:
test man/vrouw waarde eenheid
Hb M 8,5 – 11,0 mmol / liter bloed V 7,5 – 10,0
Ht M 0,41 – 0,51 liter / liter bloed V 0,36 – 0,47
Erytrocyten M 4,4 – 5,8 1000 miljard / liter bloed V 4,0 – 5,3
Reticulocyten 5 – 25 per 1000 erytrocyten
Leukocyten 4 – 10 miljard / liter bloed
Lymfocyten 1,0 – 4,0 miljard / liter bloed
Monocyten 0,2 – 0,8 miljard / liter bloed
Neutrofielen 1,5 – 9,0 miljard / liter bloed
Basofielen minder dan 0,2 miljard / liter bloed
Eosinofielen minder dan 0,4 miljard / liter bloed
Trombocyten 150 – 400 miljard / liter bloed
MCV 80 – 100 femtoliter
MCH 1600 – 2100 amol
MCHC 19 – 23 mmol / liter bloed
Hematocriet-waarde (Ht)
Hoeveelheid rode bloedcellen per liter bloed (in liter per liter = l/l)).
Normaal-waarden (in liter per liter bloed)
– mannen: 0,45-0,55 l/l
– vrouwen: 0,40-0,50 l/l
Hematocriet is een maat voor de hoeveelheid rode bloedcellen (erytrocyten) in verhouding met de rest van het bloed. Als de hematocrietwaarde bijvoorbeeld 0,45 is, dan bestaat 100 ml bloed uit 45 ml rode bloedcellen. Het wordt vaak bepaald als onderdeel van een totaal bloedbeeld.
Zowel zeer hoge als zeer lage hematocrietwaarden brengen gezondheidsrisico’s met zich mee. Mensen met zeer lage hematocrieten lijden aan bloedarmoede (anemie), wat kan komen door onder andere leukemie of een te hoge afbraak van erytrocyten. Mensen met een zeer hoge hematocriet (polycythemie) hebben stroperiger (viskeus) bloed waardoor er meer risico’s zijn op hart- en vaatziekten. Ook door uitdroging of een te sterke aanmaak van erytrocyten in het beenmerg kan een verhoogde hematocriet het gevolg zijn.
De normale hematocrietwaarde van vrouwen in de vruchtbare leeftijd is lager dan die van mannen, omdat vrouwen met de menstruatie ijzer verliezen. Mensen die op grote hoogte leven, zoals Nepalezen of Bolivianen, hebben van nature een veel hogere hematocrietwaarde dan laaglanders.
De hematocriet wordt op kunstmatige wijze verhoogd door injectie van erytropoëtine (epo).